Draai om je oren
Jazz en meer - Weblog





 


Cd
Boy's Big Band – 'Return' (Nederlands Jazz Archief, 2015)

Opnamen: 19 juli 1965, 21 oktober 1965 & 7 april 1966

'Competitive Challenge' is een goed voorbeeld van Boy Edgars werkwijze. Voorop staat: het orkest is er voor de solisten. Dus heeft hij een simpel riff-achtig thema geschreven, waaromheen de individuele stemmen alle ruimte krijgen. Vergeleken met de studioversie van daags tevoren is de live radio-opname uit de Groninger Harmonie liefst vijf minuten uitgedijd. In dat opzicht was Boy Edgar meer Basie dan Edward E. Ook in de oorspronkelijke Basie-band stonden de solisten altijd centraal; een soort orkestraal combo was dat. Maar Duke Ellington was zijn eerste en eeuwige liefde en dat hoor je terug in het coloriet van zijn stukken. Met name in 'Blues Minor' komt dat tot zijn recht. Hier is het koper, afgezien van bastrombonist Erik van Lier, naar de kantine. Je mist het niet. Dit zou je ook kunnen beschouwen als de blauwdruk voor de latere Boy Edgar Sound.

En het was natuurlijk fantastisch dat Theo Loevendie niet alleen tussen de rieten zat en potente sopraansolo's blies, maar tevens avontuurlijke composities leverde. Die bracht ook andere heilzame invloeden in: klassiek, Turks – en Stan Kenton was evenmin onopgemerkt gepasseerd. 'Return' is voor mij de hit van het album. En je hoort, hoe 'Finch Eye' in een half jaar evolueerde. De live-uitvoering in het Amsterdamse Concertgebouw begint met het thema, gevolgd door wat aarzelende akkoorden over een baslijn. Het eindigt in een collectief pandemonium. Later werd dat begin spannender gemaakt door ook daar kort collectief te laten improviseren. Werkte beter.

Het was een goed idee van Edgar geweest zijn orkest op te trekken rond de Diamond Five, het toonaangevende moderne jazzcombo toen. Beide versies: ook Dick van der Capellen, de oorspronkelijke bassist van de Diamonds, was vaak van de partij. Alleen al zijn aanwezigheid op acht van de negen tracks wettigt de aanschaf van deze cd. Als je hem hoort soleren, lijkt alles soepel en vanzelf te gaan – die timing, die notenkeuze, die kleurnuances. In werkelijkheid werkte Van der Capellen altijd enorm gefocust: elke noot werd gewikt en gewogen. Een goed idee ook omdat John Engels, net als zijn pa, een eersteklas bigbanddrummer bleek te zijn. Diens achtergrond was immers voornamelijk kleinere ensembles.

Maar het boegbeeld van Boy's Big Band was toch wel altsaxofonist Piet Noordijk. Alsof hij dolblij was eens uit die dagelijkse suffe studio's te kunnen ontsnappen, zo gaat hij tekeer. Als een lichtmatroos die voor de eerste keer in een bordeel aanlegt. Zijn felle lyriek en zijn bluesy sound contrasteren voorbeeldig met het massieve orkestgeluid.

Een mooi initiatief van het Nederlands Jazzarchief, om dit soort radio-opnamen te gaan ontginnen. Ik wacht ongeduldig op 'nieuw' materiaal van Boy's Big Band, met wie weet onbekende stukken van Loevendie of met rietblazer Willem Breuker.

In de tussentijd vermaken we ons met 'Boy Edgar: Het dubbeltalent van een alleskunner', de biografie die Marie-Claire Melzer en Marieke Klomp schreven. Grondig spitwerk in de archieven en interviews met familie en vrienden leverden een fascinerend beeld op van een joch dat in welstand opgroeide en na de beurskrach van '29 alles kwijtraakte. Dat maar moeilijk kon kiezen tussen de muziek en de medicijnen, maar op beide terreinen excelleerde. Ten koste van relaties en gezondheid, dat wel.

Labels:

(Eddy Determeyer, 9.4.15) - - [naar boven]


Lees verder in het archief...








Menupagina's:




Cd van het moment:
Sylvie Courvoisier - 'Chimaera'

Klik op de hoes om een track te beluisteren en voor meer informatie





Nieuws, tips, suggesties, adverteren, meewerken?
Mail de redactie.