Draai om je oren Jazz en meer - Weblog |
maandag 5 mei 2025 |
||
|
Meinrad Kneer Quintet - 'Oneirology' (Jazz Haus Musik, 2015) Opname: 20-21 oktober 2014 Meinrad Kneer's Phosphoros Ensemble - 'Plays Christian Morgenstern' (Unit, 2015) Opname: 10 mei & 5 september 2014 Twee recente cd's van bassist Meinrad Kneer bewijzen 's mans talent en veelzijdigheid. Allereerst is daar de cd met zijn kwintet, 'Oneirology'. Heerlijk swingende jazz met een rafelrandje. In 'Tautology' is het meteen raak en produceert het kwintet een stomende groove, met vette solo's van altsaxofonist Peter van Huffel en trombonist Gerhard Gschlössl. Kneer horen we intussen op de achtergrond samen met slagwerker Andreas Pichler het strakke ritme neerzetten. In 'Himmel & Hölle' zijn het trompettist Sebastian Piskorz en trombonist Gschlössl die op creatieve wijze, elkaar afwisselend, de toon zetten. 'Open Book' begint met een solo van Kneer. Een bijna weemoedige melodie ontvouwt zich. Pichler en iets later de blazers bouwen deze boeiende, eerste verkenning verder uit tot een krachtige ballade. Kneer blijft korte solo's pakken waarin zijn wiegende ritme naar de voorgrond dringt. Ook 'Cherry' is een wonder der melancholie. Viert in het duet tussen Van Huffel en Kneer de melodie hoogtij, in het duet Piskorz–Kneer, waarin de laatste de strijkstok hanteert, zetten de twee andere middelen in om het gewenste resultaat te bereiken. Hier knarst en kraakt het naar hartenlust. In 'Hau Den Lukas', dat zijn kracht dankt aan de staccato geblazen melodie door de complete blazerssectie, horen we eveneens Pichler solo. Met een perfecte groove die automatisch leidt tot meedeinen. In afsluiter 'Aus Dem Wundersamen Leben Der Salatgurke' (wat een titel!) horen we Kneer andermaal in een solo. Hier klinkt Kneer echter experimenteler en weet hij een zekere spanning te creëren, die bij de rest van de blazers getransformeerd wordt tot een aangename groove. De twee vocalisten, zangeres Ahmut Kühne en spreekstem Uli Plessmann, buigen zich over de gedichten van de tussen 1871 en 1914 levende Morgenstern. Vaak trekken ze samen op. In 'Die Unmögliche Tatsache' wisselen de instrumentalisten en Kühne, hier in de rol van stemkunstenares, elkaar af in creatieve klankerupties, terwijl Plessmann de tekst reciteert. De ongerichte, atonale klankwereld wordt hier afgewisseld met sterk harmonische, welluidende passages. In 'Nach Norden / West-Östlich' horen we Kneer dan ook in zo'n ritmische solo. Het swingt hier zowaar. In het daaropvolgende 'Das Grosse Lalula' overheerst dan weer het experiment en de atonaliteit. En zo beweegt deze cd zich op heel nadrukkelijke wijze continu tussen twee polen. Vol verrassingen. Probleem is alleen wel dat een bovengemiddelde kennis van de Duitse taal noodzakelijk is om Morgensterns gedichten goed te kunnen begrijpen. Hier wreekt zich dan ook dat de teksten niet zijn afgedrukt. Een onvergeeflijke omissie bij een album waarop de gesproken taal zo'n belangrijke rol speelt. Jammer, want zowel het Phosphoros Ensemble als Christian Morgenstern verdienen onze volle aandacht. Labels: cd (Ben Taffijn, 6.8.16) - - [naar boven] Lees verder in het archief...
|
Archief
Artikelen Cd-recensies Concertrecensies Colofon Festivalverslagen Interviews Jazz in memoriams
Nieuws, tips, suggesties, adverteren, meewerken? |