Draai om je oren
Jazz en meer - Weblog





 


Concert
Circus in de stad!

Xavier Pamplona Septet, zaterdag 24 februari 2018, PlusEtage, Baarle-Nassau

Kevin Whitehead, die veel heeft geschreven over de Nederlandse vrije improvisatie zegt in zijn boek 'New Dutch Swing' over de eigenheid van onze versie van de free jazz: 'There are a number of traits peculiar to Dutch improvised music, not all of them on this list: an ability to abstract from the music of American jazz masters; an impulse toward theater, role play, humor and ironic distance from one's own creations: killer chops that make all the horsing possible, the virtuosity that assures any fuck-up deliberate; a certain clunkiness Louis Andriessen calls "lousy Dutch wooden-shoe timing".'

Whiteheads stelling wordt onverkort bekrachtigt door Raoul van der Weide's Xavier Pamplona Septet. Alleen die naam al. Het tekent Van der Weide, die behoort tot die eerste lichting musici die de vrije improvisatie in Nederland vormgaven, dat dit septet niet het Raoul van der Weide Septet heet maar het Xavier Pamplona Septet, als een hommage aan een Cubaanse bassist die op 22-jarige leeftijd omkwam bij een auto-ongeluk ergens in de jaren vijftig. Van der Weide's missie met dit in 2016 opgerichte septet is de invloed van die componerende improvisatoren van de eerste decennia doorgeven aan een nieuwe generatie. We horen dan ook stukken van Michiel Scheen, Guus Jansen, Bert Koppelaar en van Van der Weide zelf, uitgevoerd door twee oudgedienden - naast Van der Weide op contrabas vinden we Michael Moore op klarinet - en vijf jonge honden: trompettist Alistair Payne, baritonsaxofonist Giuseppe Doronzo en basklarinettist Ziv Taubenfeld in de blazerssectie en verder Marta Warelis op piano en George Hadow op drums.

Whitehead heeft het hierboven over 'an impulse toward theater, role play' en humor. In het werk van Bert Koppelaar, met wie Van der Weide eind jaren zeventig het Punt-Uit Orkest - over humor gesproken - vormde, zit dit allemaal. Hij componeerde veel voor het circus en dat hoor je terug in zowel 'Hawkwood' als in de 'Ambitus Cyclus'. De vrolijk stomende melodie met zuidelijke invloeden van 'Hawkwood', waarmee het concert opent, brengt de luisteraars direct op het puntje van hun stoel en de lange 'Ambitus Cyclus' zit eveneens vol met muzikale verrassingen: de pompende grondtoon, neergezet door basklarinet en baritonsax, de wijze waarop de blazers beurtelings uit de pas lopen of over elkaar heen buitelen, een verrassend swingende Warelis, met een ondertoon van blues.

Bij Guus Jansen, zo wisten we reeds, gaat het er al niet veel anders aan toe. In 'Koto À Gogo' horen we een bijzonder, ietwat clownesk duet tussen Taubenfeld en Moore, gevolgd door een klagelijke solo van Taubenfeld, die de noten letterlijk uit zijn basklarinet perst. Ook 'Jojo Jive', dat Jansen opdroeg aan het fameuze renpaard Jojo Buitenzorg dat in de jaren zeventig de ene na de andere prijs in de wacht sleepte, voldoet aan Whiteheads beschrijving. Alleen al door het paardengehinnik waar de blazerssectie voor tekent.

Van der Weide's eigen 'Feitenlied' begint eveneens met een circusachtig intro en kolderieke blazersbewegingen. Trompettist Payne speelt hier een glansrol en Moore blaast hier een van die voor hem zo kenmerkende romige klarinetsolo's. Het vormt een van de hoogtepunten op deze bonte avond. Die jonge generatie weet overigens uitstekend raad met dit muzikale erfgoed. Het speelplezier spat ervan af. Het applaus is ernaar.

Concertfoto's: Jef Vandebroek

Labels:

(Ben Taffijn, 2.3.18) - - [naar boven]


Lees verder in het archief...








Menupagina's:




Cd van het moment:
Sylvie Courvoisier - 'Chimaera'

Klik op de hoes om een track te beluisteren en voor meer informatie





Nieuws, tips, suggesties, adverteren, meewerken?
Mail de redactie.